Het plan bestaat uit drie onderdelen: De beide kerkzalen onder een hoog hellend dak, de dienstvertrekken in een lagere vleugel, en de realisatie van een centrale hal. De kleine kerkzaal wordt gebruikt door de Evangelische Broedergemeente en de Lutherse gemeente. Deze zaal heeft een overwegend wit gekleurd interieur, passend bij hun traditie.
De grote kerkzaal wordt gebruikt door de Rooms Katholieke gemeente, de Hervormde gemeente en de Gereformeerde gemeente. Deze zaal heeft een kleuriger interieur en is voorzien van een kapel naast de ingang. De centrale hal functioneert als verbindend element en speelt een belangrijke rol als ontmoetingsruimte vóór en na de diensten.
Voor in de kerkzalen zorgen de vertikale ramen in de nissen voor strijklicht op de gebogen wandsegmenten. Achter in de zalen wordt de gebogen wand van boven aangelicht door een lichtkoof op het dak.
De centrale hal is voorzien van een ovaal daklicht dat ook hier zorgt voor een indirekte verlichting. Door deze indirecte daglichttoetreding krijgen de kerkzalen en de centrale hal een introvert karakter.